Uit de Reeks: Wie reist heeft altijd een verlangen
Deel 3 van 3
De MS Veerhaven
Februari
– maart 1979
Veerhaven
(4) gebouwd in 1975, motor Bolnes, vermogen 2450 pk, snelheid 12.5
knoop, laadvermogen 3050 ton, Callsign PIEO.
Zij
voer in de dienst van Van Uden en de Nationale Marokkaanse Rederij
Atlas, de Frabenelux Line Range Rotterdam, Antwerpen, Duinkerken,
Rouaan (Rouen) voor Marokko. Retourlading
fosfaat in bulk voor Oostende.
In
1986 verkocht
Van Uden haar, de naam werd Apollonia
Luck, Callsign C4XS, vlag
Cyprus.
In
2015 voer
zij nog onder de naam Challenger
1,
vlag Panama.
Eind
januari, aflossing op de rede van Setubal.
De
Veerhaven
lag al een aantal uren voor anker op de rede van Setubal toen wij
arriveerden op de rede om van schip te verwisselen. Janna,
Hilary en ik gingen via de loodsladder in onze sloep. De Hwtk was ook
mee voor de sloepmotor, Janna stond aan de helmstok.
De kapitein en
de kok van de Veerhaven
gingen op deze manier naar de
Stavros H, zij
vervolgden de reis met haar naar Southampton om daar met verlof te
gaan. Ik zou hem over twee maanden weer zien, de Veerhaven
was zijn vaste schip.
Toen
het anker van de Veerhaven
thuis was vervolgden we de reis naar Agadir. Een telegram naar
Juffrouw Küp: aflossing
geslaagd. Janna ging vanuit Agadir weer terug naar Amsterdam.
Agadir
is een Marokkaanse haven met een agrarisch achterland voor groenten
en fruit. Veel van deze producten vinden hun weg naar Frankrijk. Dit
was een heerlijk rustige lijndienst met een goed ladingaanbod
richting Marokko. We
hadden twee stuurlieden, het schip had een moderne accommodatie, de
brug was van alle gemakken voorzien, twee radars, een goed zittende
wachtstoel. Hilary
had een mooie ruime kombuis met vaatwasser. Ze hoefde maar voor tien
bemanningsleden te koken, zichzelf mee gerekend. Brood bakken deed ik
voor haar.
Op de
Stavros H. had
ze voor veertien
bemanningsleden mogen koken. Maar daar had ze hulp van een 2e
kok/bakker voor het verse brood en het groente schoonmaken. Ook was
hij de afwashulp en haar smokkelmaatje.
Janna
was in de maand januari onze passagier geweest op de
Stavros H. en
voor 5 dagen op de
Veerhaven. Ze had een
flinke storm meegemaakt op de
Stavros H. in
Biskaje.
Haar
zeeziekte deed haar denken aan de reis op de Motorsailer Rob (klik).
Nu was er Hilary die voor Janna de
kop thee met droge beschuit op de brug bracht. Na zo'n 24 uur voelde
ze zich dan toch beter en zat aan tafel in de messroom.
Het
goede nieuws dat ze meebracht toen ze in Antwerpen aan boord kwam was
dat Rob en Pia nu definitief het koopcontract hadden getekend. Nu was
Meijer aan Zee van hen. Over vijf jaar was de schuld aan Pa Meijer
afgelost.
De Druif kon nu in de verkoop.
Op 31
maart stonden onze aflossers in Duinkerken weer op de kade, evenals
de bestelde proviand uit Rotterdam. Ik had
nog 10 dagen voor ik weer op het Rapenburgerplein moest zijn.
'Dan
nog maar even naar Lentas Peter,' zei Hilary.
Volgende
blog: Kroegen uit een verleden.
Recht
zo die gaat!
F.L..Woodleg