bij het scheepvaartmuseum

bij het scheepvaartmuseum
Als schipper van het V.O.C. schip de Amsterdam

woensdag 23 december 2015

December 1970 - deel drie


Donderdag 24 december...
Janna had nog een paar salades gemaakt voor de bemanning voor de feestdagen. Frits was met haar naar het autoverhuurbedrijf gegaan en ze kreeg een Ford Anglia mee. Frits was daarna met haar door Limehouse gereden om haar aan het linkse verkeer te laten wennen. Bij hem thuis hadden ze thee gedronken en kennis gemaakt met Brenda en haar vader. Ze waren aan het koken voor vanavond. Daarna zijn we naar de Fish and Chips gegaan, daar was Ma Goldappel. 
De auto mocht op het haventerrein staan. Frits had dat gevraagd en ik wist hoe de poort te openen.
‘Gaan we vanavond maar lopend naar Lowell Street Peter? Het is niet ver vanaf het schip en met een wijntje op rij ik niet en al helmaal niet links. De familie van Hilary zijn zeer hartelijke mensen Peter.’
‘Mooi,’ zei ik, ‘Hilary verwacht ons op Boxing Day, kunnen we 1e kerstdag door London wandelen als je wilt. De Meester z’n vriendin is trouwens ook aan boord, ze vroeg of je haar wilt helpen met het avondeten.’
Het vroor al licht toen we naar Frits en Brenda liepen en ‘t begon flink te sneeuwen.
‘Een witte kerst Peter! Kan ik vanuit een telefooncel naar Amsterdam bellen?’
‘Ja hoor, dat kan.’
‘Dan zou ik graag Pia en Rob een fijne kerst willen wensen.’
Het werd een gezellige avond en na het uitpakken van de cadeautjes moest ik de kleine Petra naar bed doen (Hilary en ik waren peettante en peetoom). 
De kerst van 1965 (klik) werd herhaaldelijk genoemd en we vonden het allemaal jammer dat Hilary er niet bij was. Ma belde haar en hoorde dat ze het rustig hadden, ze zaten ook aan het kerstdiner met gevulde kalkoen. Wel zonder alcohol want ze hadden dienst met zijn vijven van de RAMC, de overige tien waren van en voor de bewaking plus een kok.

Toen we rond middernacht terug naar het schip liepen lag er ongeveer 20 cm sneeuw en het was onder nul. In de West India Dock Road zagen we iets gebeuren wat ik mijn verdere leven nooit meer zou vergeten. In een van de oude huizen aan de overkant van de straat was een feest gaande, de mensen hadden hoedjes op en ze hadden van die feesttoeters, ze deden de polonaise. Een enkeling had een glas in de hand. Het was op de tussenverdieping en het ging er vrolijk aan toe. 
Ineens zagen we de hele groep door de vloer zakken, liever gezegd ze gingen met een heel stuk vloer naar beneden. 
Het licht aan het plafond bleef branden en de muziek speelde nog (de installatie stond in een andere kamer). We spoedden ons naar het huis, de deur was niet op slot. Het was een grote stofbende en we hoorden: ‘What Happened?’ Er waren erbij die lachten: ‘My goodness!’ Anderen keken zeer verbaasd door de drank en de schrik maar iedereen kwam weer overeind. 
Ik vond de lichtknop van de gang. Wonderlijk genoeg was iedereen ongedeerd en men klopte het stof van zich af. 
We werden uitgenodigd voor een drankje. We wilden wel mee naar boven als ze maar geen polonaise gingen doen. 
Daar vertelde de eigenaresse ons dat de huizen waren afgekeurd voor bewoning. Twee uur later waren we aan boord. 
Eerst maar onder de douche om het stof van ons af te spoelen. Het kerstboompje brandde in de messroom.
Vrijdag 1e kerstdag.
’s Middags ging Brenda met Janna kerstwinkels kijken. Ma paste op de kleine. Wij gingen een dartje gooien in de ‘Rose and Crown’, om zeven uur zouden we elkaar weer ontmoeten bij Sahiep, een Indiaas Restaurant aan de Commercial Road daar waar deze over ging in de East India Dock Road.

Het vierde en laatste deel op nieuwjaarsdag. Tot dan.


De MV Mi Amigo, het eerste zendschip van Radio Mi Amigo.


Voor hen die zich vervelen op 2e kerstdag vond ik iets wat leuk is om te lezen. Het gaat over de Radiozender Mi Amigo. 
Je komt er door te klikken op SOS Magdalena.

Recht zo die gaat!
F.L.Woodleg





donderdag 17 december 2015

December 1970 - deel twee





Zondag vanuit een café in Caen Hilary gebeld en ja hoor, we mochten gebruik maken van het pension. Frits zou een auto voor ons bespreken vanaf de 24e.
‘Zeg Peter, Frits en Brenda zien graag dat jullie daar kerstavond doorbrengen, mijn ouders zijn er ook. Ze kijken er naar uit om je weer eens te zien.’
‘Wil jij Frits dan laten weten dat wij voor de wijn zorgen?’
Janna vroeg: ‘Weet jij wat we voor hen zullen kopen voor onder de kerstboom?’
‘Ja, voor Frits een fles whisky en een paar pakjes zware shag. Voor Hilary haar vader hetzelfde, alleen wordt de zware shag dan vervangen door Gauloises sigaretten, die zouden we hier kunnen kopen, evenals de wijn.’
‘En voor de dames?’
‘Ik had twee L’air du Temps in mijn koffer zitten voor jou en Hilary. Deze pakjes liggen nu tussen ons ondergoed in de lade onder onze kooi. Ik ga de Kapitein vragen om wat extra geld, dan kan jij morgen naar de stad om er twee flesjes bij te kopen met pakpapier, dan hebben de dames allemaal hetzelfde. Voor Ma doen we er dan nog een slof sigaretten bij. Voor Brenda koop je maar een leuke doos bonbons. Voor de kleine meid, tja zij is nu ruim een jaar oud, wel dat laat ik aan jou over. 
En doe voor mij maar een aantal harde worsten.’
Maandag de 21e waren we om 17.00 uur beladen met 700 ton aan draadrollen. Ladingpapieren getekend, uitgeklaard door de douane. De loods stapte om 19.00 uur aan boord en een uurtje later stapte hij in de sluis van Ouistreham weer van boord.


Hier vertrekt de Westmeep vanuit de sluis van Ouistreham.
Deze ansichtkaart stuurde ik destijds naar mijn moeder.


Afstand: Ouistreham - Dover                                                     130 mijl 12 uur varen.
               Dover           - West India & Poplar Docks                 170 mijl 16 uur varen.
Het weer was goed, er zat vorst in de lucht volgens Janna. ‘Ook sneeuw,’ zei ze, ‘ik voel het aan het litteken van mijn blindedarm.’
Op dinsdag de 22e om 00.00 nam ik de wacht over. Janna was even meegekomen naar de brug. De matroos van de wacht had koffie gemaakt en ik paste de nog te gane afstanden af, de stroom was ons goed gezind.
‘Wel Janna, tijdens het ontbijt maken morgenochtend zul je de White Cliffs of Dover zien door de patrijspoort van de kombuis.


The White Cliffs of Dover met op de achtergrond de haven van Dover.


In de monding van de Thames staan veel oude geschutstorens uit de Tweede Wereldoorlog. Ze deden dienst als luchtdoelgeschut. Deze zijn nu in meestal zeer vervallen staat. 

Op deze site (klik) staat de geschiedenis van de 'Togue Sand Tower' vanaf de bouw tot zijn ondergang. 
Wel lezen hoor! Ik ga jullie overhoren.

Toen ik om 12.00 uur de wacht weer overnam waren we Tongue Sand Tower aan het passeren. Via het Princes Channel naar de Sea Reach Nr. 1 boei (route 4).
‘Je roept mij bij passeren Gravesend.’ Dit waren de orders voor mijn wacht.






Weer andere geschutstorens, nl. de 'Shivering Sand Towers'.


‘Vraag aan Gravesend Radio of onze ligplaats vrij is als je bij boei nr. 1 bent. Ook diepgang en lengte schip doorgeven,’ zei de kapitein. Dit ging per VHF*.
Maar het zat tegen, onze losplaats was pas op woensdag de 23e in de namiddag vrij. We mochten ankeren bij Gravesend. Toen we geankerd waren meldde Frits zich op de VHF, hij werkte op de havensleepboten.
‘Piet, ik sta morgen in Poplar Docks om jullie trossen aan te nemen, tot dan!’
‘Dan geef ik je alvast wat spullen uit de bootsmanskist,’ zei ik, ‘en zou je ook een klein kerstboompje willen kopen met verlichting en versiering?’




Wordt vervolgd op donderdag 24 december...

* VHF = Very high frequentie tussen de 30 en 300 MHz wordt gebruikt bij communicatie kort bereik schip-schip 
  of schip–wal begeleiding.

Recht zo die gaat!
F.L.Woodleg



donderdag 10 december 2015

December 1970 - deel een



Kerstboom op de Dam.



In de donkere dagen na Centen Klaas had ik in de schoolbanken, die mij niet erg aanspraken, een Luduvudu tijd. Er moesten nieuwe banden komen voor mijn Solex, de voorband was te glad, de motor had geen grip meer op de te gladde band. Sinterklaas had dit over ‘t hoofd gezien en het was nu een fiets met hulpmotor geworden. Zij moest maar even naar Fred, de fietsenmaker van het Waterlooplein, hij verkocht in deze tijd ook kerstbomen. Ik had er twee voor hem afgeven bij Rode Janet en Blonde Aal.
De kerstboom op de Dam, een gift van Trondheim*, stond er al verlicht bij. De Bijenkorf was na vijf december ook compleet in kerstsfeer. Ik was er even doorheen gelopen om op de parfumerie afdeling twee flesjes L’Air du Temps van Nina Ricci te kopen. Ik zou er een versturen naar Hilary, de andere ging onder de kerstboom voor Janna. Ze werden mooi ingepakt door de dame achter de toonbank en ze wenste me een fijne kerst. Het was miezerig weer, geen winter, wel waterkoud. 
Er was een hogedrukgebied in opbouw boven Berlijn en als deze sterk genoeg zou worden kregen we winter in West- en Midden-Europa. Ik liep met de gedachten om maar een korte zeereis te gaan maken, als aflos Stuurman was er altijd wel een Stuurman die de feestdagen thuis wilde zijn. Gruno had geen schip voor een korte aflosperiode, evenmin bij Redwise.
Twee maanden vond ik te lang om van school weg te blijven. Ik wilde wel in het voorjaar examen doen. Weg uit die duffe schoollokalen.
‘Je zou Beck’s Scheepvaart in Groningen kunnen bellen,’ zei Janna, ‘zij doen toch korte reizen op de Noordzee?’
‘Als het lukt zal ik dan vragen of  je mee magen varen, als je tenminste wilt en kunt?’
‘Als dat zou mogen, dan vraag ik wel aan Rob of zijn broer Bob mijn plaats in mag nemen,’ zei Janna.
‘Dan ga ik vragen of iemand van Hammy z’n personeel de barbecue wil doen op de dagen dat ik er niet ben, er zit voldoende voorraad in de diepvries.’
Ik begon me beter te voelen. Nu de heer Folmer van Beck maar bellen, hij deed de personeelszaken. Even enkele beleefdheidsgegevens uitgewisseld. Mijn Stuurmans dispensatie was geldig tot 15 december 1970.
‘Als je deze verlengd krijgt dan heb ik wel een schip voor je,’ zei de heer Folmer.
De oude studievriend van Wilde Bill gebeld, hij zat bij de Scheepvaartinspectie op de Kop van de Zeedijk. Ik vroeg of hij mijn dispensatie mocht verlengen.
‘Geen punt, ik bel de heer Folmer wel om welk schip het gaat, ik zit de hele dag op kantoor Piet. Tot zo!’
Toen hij me mijn verlengde dispensatie overhandigde zei hij: ‘De volgende keer als ik je weer zie ben je wel in het bezit van een diploma voor Stuurman. Ik zag dat het dispensatie betrof voor de Vanguard, callsign PIDM.’
Vanuit De Druif belde ik Folmer dat mijn dispensatie was verlengd en dat ik zag dat het om de Vanguard ging.
‘Het is een nieuwbouw schip Stuurman, de proefvaart is 17 december. Graag woensdag de 16e aan boord, in de loop van de dag ligt zij in Delfzijl in de Handelshaven. De kapitein is Van der Lee, de Machinist is Kwaak. Na de proefvaart gaan jullie in Ballast naar Caen, Normandië om draadrollen te laden voor Londen - Poplar Docks. De feestdagen liggen jullie over in Londen. Zoals het er nu uitziet worden jullie daar op vier januari gelost. Dan in ballast naar Antwerpen of Rotterdam, dan wil ik je daar wel weer aflossen.’
‘Nu mijn vraag meneer Folmer, mag mijn vriendin mee op deze korte reis?’
‘Ik ga met de Kapitein overleggen, als je niks meer van mij hoort is het goed. Zie ik jullie de 17e op de proefvaart, tot dan.’
We gingen beiden onze overdracht regelen en koffers pakken.
‘Als we naar Londen gaan en daar de feestdagen over liggen, kunnen we dan naar Hilary?’
‘Ik zal haar nu bellen, zet de teller maar aan!’
Hilary was op dat moment gelegerd in het Royal Military Hospital nabij Colchester, ze zat bij de Royal Army Medical Corps (RAMC).



Embleem RAMC


Het kon soms wel eens even duren voor ik haar aan de telefoon kreeg als ze niet op haar kamer was.
Na twee doorschakelingen had ik haar aan de lijn en had ik haar uitgelegd wat ik de komende 3 à 4 weken zou gaan doen.
‘Jammer Peter, ik heb me vrijwillig in laten roosteren voor de kerst en voor oud en nieuw, ik kan het nu niet meer terugdraaien. Daarna ben ik twee weken vrij. Jullie zouden naar Colchester kunnen komen als jij van boord mag, het lijkt me leuk om Janna weer te zien. Er is hier een pension op de basis waar echtgenoten van in het leger zijnde personeelsleden mogen verblijven. Ik vraag mijn commandant of hier een uitzondering op gemaakt kan worden. Bel me op vanuit Caen Peter.’
Ik gaf de telefoon door aan Janna, dan kon zij afsluiten.


Vanguard (foto Tina)


Woensdag de 16e december rond de middag waren we aan boord, we konden gelijk beginnen. Janna ging de koffers uitpakken en de kooi op maken. De matrozen waren er al, ze waren al doende om de dekstores weg te werken, hierna de machinekamer stores, het bunkeren was al gedaan. Na de thee gingen we de proviand wegwerken, de kok was er nog niet. We lieten het maar in dozen staan. De spullen voor de koelkast en de vriezer vonden wel hun plaats. De potten en pannen met het bestek ook. De kapitein ging maar eens bellen met de heer Folmer waar de kok bleef, deze had maar bedankt. 
'Het verzoek aan u Stuurman om het koken waar te nemen, dit heeft u vroeger ook al eens op schepen van de rederij gedaan. Als hij morgen aan boord is krijgt u te horen wat de vergoeding wordt.'
‘Ziet u Kapitein, Janna en ik wilden de tijd dat het schip in Londen ligt graag van boord met uw goedvinden. Kan er dan iemand anders koken?’
‘Dit kunnen we oplossen,’ zei de Meester, mijn vriendin woont in Londen, ze is die dagen vrij en zal dan wel willen koken.’
‘Dit probleem is dan opgelost zei de Kapitein. Als je met lossen maar weer aan boord bent Stuur. Nu gaan we eten bij de Chinees, houd het eenvoudig, niet meer dan twee consumpties per persoon, ik moet om mijn voedingsgeld denken.’
Na terugkomst hielp Janna mij mee de proviand verder op te ruimen, zodat de volgende morgen de kombuis vrij was voor het cateringpersoneel, zij verzorgden ook ons ontbijt en de catering tijdens de proefvaart.
Donderdag de 17e om 10.00 uur waren alle gasten aan boord. ‘Voor en achter!’ werd er geroepen. We ontmeerden nog onder gezag van de Kapitein van de scheepswerf. Na een aantal proeven werd het schip overgedragen aan de rederij, van der Lee was nu Kapitein. Om 14.00 uur meerden we af, alle genodigden gingen van boord. Hendrikus Beck liep met de Kapitein alle certificaten door, op de brug ruimde ik de zeekaarten met boekwerken op. Janna was in de kombuis bezig met de voorbereiding voor onze warme maaltijd om 17.00 uur. De loods was voor 18.00 uur besteld en onder zijn aanwijzingen voeren we de Eems af.
In het journaal met als nummer 1 stond: 1e reis Delfzijl - Caen onder loods aanwijzingen de Eems af, helder zicht, radar bij. 21.20 uur, loods ging van boord nabij de Westerems boei, hier lag de Nederlandse loodsboot. 
Mijn wachten waren van 00.00 uur tot 06.00 uur en van 12.00 uur tot 18.00 uur. De matrozen liepen een wacht van 3 uur op, 6 uur af. Het was rustig weer. Janna zorgde voor de maaltijden, dit waren we met de heer Folmer overeengekomen. 
Bij zeeziekte van Janna zou ik koken op zee.
Zaterdag de 19e meerden we af tegen het einde van de middag, de eerste reis van de Vanguard zat er op.

Wordt vervolgd op 18 december...


* De kerstboom op de Dam was een gift van Trondheim aan de Gemeente, deze gaf haar weer aan het Leger des Heils. 
  Na 2000 kwam de kerstboom op de Dam uit de Duitse Ardennen, omdat de Noorse kerstboom steeds kleiner werd en vaak       gebroken takken had.


Recht zo die gaat!
F.L.Woodleg