MS Cicelia, een shelterdekker van
1962. Afmetingen: lengte 90 m, breedte 12 m, diepgang 5 m.
Laadvermogen 3000 ton, motor Mak 8 cilinder van 3000 pk, snelheid 12 knoop,
vlag Malta. Gebouwd in Zaltbommel als Malton bij Scheepswerf de Waal
voor de Deense rederij Danielsen, Deense vlag.
In 1966 werd zij aangekocht door
Gimbal Ocean Carriers/Freight Express Ltd London, deze brachten haar
onder de vlag van Malta. Zij hadden een contract bij de
Zuid-Afrikaanse Kustvaartonderneming in Kaapstad. Toen dit charter na
6 jaar ophield, werd hen een charter van de Franse Overheid
aangeboden; Durban- Kerguelen eiland St. Paul –
Amsterdam. Dit werd mij verteld onder de
vrijdag borrel in café Westerdok tegenover het Gruno kantoor. Mocht
ik dit willen dan zou Jan de Vries Sr mij in contact brengen met de
heer Frascatti uit London. ‘Nu Jan,’ was mijn antwoord, ‘ik ga
ruggespraak houden met mijn geliefden in ‘de Druif’, het
gagebedrag spreekt mij aan, het vaargebied niet. Ik bel je in de loop
van a.s. maandag.’ Dinsdag mocht ik bij de Firma L.J. Harri aan de
Prins Hendrikkade de delen 9 en 39 halen van de Britse Admiraliteit,
dit waren navigatie handboeken die informatie gaven over de vaart in
deze zuidelijke wateren. De drie zeekaarten met pleischaal (=
parallellineaal) en passer werden 2 dagen later gebracht. De gegevens
van het schip had ik in tussentijd ook mogen ontvangen. In Londen
waren ze ook aan het reken gegaan: de bunkercapaciteit van 80 ton was
te klein, er werd een ballasttank schoongemaakt, de bunkercapaciteit
werd nu 185 ton, goed voor 26 dagen plus gebruik aggregaat. Voor de
rondreis van een kleine 6000 mijl stond 21 dagen. De
drinkwatervoorraad was ook te klein, maar deze konden we op de
Kerguelen weer aanvullen. Het vaargebied lag voor het grootste
gedeelte in de Roaring Forties. Nu begreep ik ook de
ontsnappingsclausule in het charter betreffende St. Paul –
Amsterdam eiland. Hier konden we alleen bij goed weer ten anker, er
was geen hulp te krijgen en het werd, in dit stuk verlaten
oceaangebied, alleen bemand door drie militairen, een weerkundige en
een oceanograaf. Je moet er maar voor voelen. Als je niet werd
afgelost i.v.m. met het weer, zat je er een maand langer, maar dan
wapperde de Franse vlag er. Met meester Dirk (gepensioneerd) en 1e
stuurman Rinus (vers van de Zeevaartschool IJmuiden) begaf ik me naar
de Kaapstad Duncan Werf gelegen in het Duncan dock waar wij de MS
Cicelia aan zouden treffen bij de scheepswerf en de walvisjager, ver
van deftige schepen; ‘de grote lijnboten’.
Tot de volgende Blog uit een
‘amazing’ vaargebied.
Recht zo die gaat!
F.L.Woodleg